Het is dinsdag 18 juni 2024, nog geen 8,5 minuut over 19:00 uur wanneer ‘ome Geert’ mij de opdracht geeft (nou ja, het kwam op mij over als een soort verplichting) om een verslag te schrijven van deze glibberige, meer-dan-verslagwaardige, zomeravondloop rondom het Zwillbrocker Venn. Ik zeg wel zomeravondloop, maar het leek meer op een herfstloop; het water kwam met bakken uit de lucht en ook de zandpaden waren door de hevige regenval al omgetoverd tot modderpoelen.
Aangezien mijn getalenteerde verslagschrijvende vader afwezig was, heb ik de pen erbij gepakt om jullie in een “zo kort mogelijk” verslag mee te nemen door deze avond. Eigenlijk is het ook best een eer, om op de site van ‘ome Geert’ een verslag te mogen schrijven vanuit mijn perspectief als jongste telg van de groep. Want laten we eerlijk zijn, eigenlijk was het vanavond een soort bejaardensoos, waar ik samen met Paula over moest waken. Want al die boomstronken en glibberige paadjes waren voor die oude botten niet veelbelovend.
We gaan even terug naar het begin van de avond. Afgesproken was om stipt 18:30 uur te verzamelen bij het clubgebouw van AVA, waar een aantal mede AVA-janen de rol van taxichauffeur op zich hadden genomen en ons richting het Zwillbrock wilden rijden. 18:31 uur: het wachten was op de ervaren trailers André en Henrie. Grote praatjes tijdens de ‘verharde’ duurlopen, maar als het op een semi-lokale trailrun aankomt zijn ze nergens te bekennen. Dubieus als je het mij vraagt…
Het was voor hen een uitermate geschikte mogelijkheid om na de 105 kilometer van afgelopen weekend de spierpijn uit de beentjes te lopen. Maar goed, dan maar zonder deze praatjesmakers op weg naar de startlocatie.
Ik had zelf het geluk dat ik bij Henk (alias Henk Depay) in de auto mocht plaatsnemen, samen met Gerrit-Jan en Ingrid. Henk loopt voorop in de mode-trends kan ik je vertellen. Met zijn gespierde lichaam en modieuze zweetband om het hoofd, heeft hij wel wat weg van Memphis. Waar de band van Memphis tegen zweetdruppels fungeert, droeg Henk hem hoogstwaarschijnlijk tegen de regen.
Gedurende de autorit in de bolide van Henk, vlogen de citronella-aroma’s je om de oren. Ik dacht in eerste instantie dat Henk een Wunder-Baum citronella-geur in de auto gehangen had, maar het was onze Ingrid die de beentjes met anti-muggenspray had ondergespoten… Wat een lucht! Om misselijk van te worden.
Eenmaal aangekomen op de parkeerplaats was het wachten op de andere lopers. We werden bij aankomst al luidkeels ontvangen door de welbekende hoofdtrainert van de B-groep, Marco van Rijs. Hij poetste, volledig in matchend sporttenue, de laatste zandkorrels van zijn MTB (wat overigens nergens voor nodig was met dit weer) en pakte zijn Zwarte Cross petje uit de auto. Opvallend waren de schoenen die hij aan zijn voeten had. Hij noemde ze ook wel “parenschoenen”. Je moet het zien als een soort paardrijlaarzen, zonder beenstuk. Geen gezicht op de fiets, maar een beetje grip had hij wel nodig tijdens de tocht.
18:55 uur: de groep was compleet, dus Marco kon beginnen met zijn startpraatje. Dit doet hij wekelijks voor de training om de lopers te enthousiasmeren over de route die hij voor ogen heeft, complimenten te geven aan de lopers die er wél zijn (die kon je net niet op 2 handen tellen, droevig hoor…) en belangrijke zaken te bespreken. Hij wees ons ditmaal onder andere op een wondermiddel dat hij mee had genomen om muggen te bestrijden. Hoe misselijk ik werd van het spul dat Ingrid op haar benen had gespoten, hoe overtuigender Marco vertelde dat je zonder muggenspray het veen niet levend uit zou komen. Dus heb ik me door die oude lui toch weer om laten praten. De geur van deze spray was nog veel heftiger, dus de rest van de groep gierde het natuurlijk weer uit.
19:00 uur: Tijd om te vertrekken. Het doel van deze loop in het Zwillbrock was om -naast de mooie natuur en (on)bekende zandpaadjes- ook flamingo’s te spotten. We waren nog geen kilometer onderweg of de paadjes bleken toch wel heel wat glibberiger te zijn dan onze trainert voorzien had. Dit zorgde ervoor dat er naast wat gedribbel, ook met enige regelmaat stukjes gewandeld werden. Na 1,5 kilometer maakte Ingrid een bijzonder hard geluid, moest de hele groep in de ankers en stonden we binnen no-time stil. Er leek iets vreselijk mis te gaan en niets was minder waar; we moesten stoppen voor een pad (of kikker?) die in slakkentempo over het pad sprong. Fieuw… die heeft het overleefd.
Na 2 kilometer kwamen we bij een vlonder aan. In het verleden is hier weleens een groepsfoto geschoten, dus zo origineel als we zijn, moest er precies op deze plek ook weer een herinnering voor het archief gemaakt worden.
Na een paar kilometer door moerassig en glibberig gebied gelopen te hebben, was het tijd om meer van de omgeving te zien dan alleen het zandpad. Ik benoemde in de groep dat er niet vergeten moest worden om je heen te kijken en te genieten van de omgeving. Gerrit-Jan volgde mij door wat links en rechts rond te kijken. Drie keer raden; Gerrit-Jan lag in een mum van tijd op zijn snufferd. De kleding hield het niet droog en de modder droop langs zijn benen. Gelukkig geen pijn, dus we konden er om lachen. De route zette zich voort, maar af en toe was het wachten op onze trainert, die met zijn MTB weer vastzat in het moeras, Geert die lood in zijn benen had en wat meters achter ons aan ploeterde of plaspauzes die moesten worden ingelast. Eigenlijk schoot het voor geen meter op, maar de sfeer zat er zeker in!
De laatste kilometers van de route braken aan. Ondanks dat André Balke al 15 keer bijna onderuit was geslagen, leek de schade mee te vallen. Totdat ‘Henk Depay’ een boomwortel over het hoofd zag en buikschuivend de modderplassen bereikte. Zelfs zijn hoofdband werd ondergedompeld in modder en hield het niet schoon. Arme Henk…
Met modder op zijn benen, bloederige knieën en vlekken op zijn zweetband stond hij weer rechtop. Een paar meter verder leek André Balke toch na al die keren een misstap te hebben gemaakt; ook hij lag languit op de grond. Vlak voor we het einde naderden kwamen we aan bij een uitkijkplek, vanwaar je flamingo’s zou moeten kunnen spotten. Het was een behoorlijke afstand, dus waar een aantal medelopers -waaronder Paula en Ingrid- bluften dat ze al wel 10 flamingo’s hadden geteld, kwam ik niet verder dan een zwerm witte stipjes met een tweetal vleugels. Ik kan me niet voorstellen dat je daar een flamingo uit hebt kunnen halen…
De route werd vervolgd waarna we even na achten weer aankwamen op het startpunt. Ik dacht geen flamingo gespot te hebben, totdat er wel een heel bijzonder exemplaar over de parkeerplaats huppelde. In de kleur van een flamingo en met een muggenmepper in de hand… Een (zomer)avondloop vol obstakels, met een hoop gezelligheid en een toporganisator op de fiets!
Bijzijn is meemaken, dus je weet wat je als loper te doen staat in 2025!